Vogelkers-essenbos

Vogelkers-essenbos
Vogelkers-essenbos met bosanemoon
Vogelkers-essenbos met bosanemoon
Syntaxonomische indeling
Klasse:Querco-Fagetea
(klasse van eiken- en beukenbossen op voedselrijke grond)
Orde:Fagetalia sylvaticae
(orde van eiken- en beukenbossen op voedselrijke grond)
Verbond:Alno-Padion
(verbond van els en gewone vogelkers)
Associatie
Pruno-Fraxinetum
Oberd. 1953
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons

Het vogelkers-essenbos (Pruno-Fraxinetum) is een associatie uit het verbond van els en gewone vogelkers (Alno-Padion). Het is een bosplantengemeenschap die voorkomt op vlakke plaatsen langs beken en kleine rivieren, die onder invloed staan van kwelwater of min of meer regelmatig overstromen.

Ze wordt gekenmerkt door een zeer goed ontwikkelde en soortenrijke boom-, struik- en kruidlaag met voorjaarsbloeiers en ruigtekruiden in de zomer.

Deze associatie komt in Vlaanderen en Nederland verspreid maar vrij algemeen voor.

Naamgeving en codering

Synoniemen
Pruno padi-Fraxinetum
  • Frans: Frênaie marécageuse
  • Duits: Traubenkirschen-Erlen-Eschenwald
  • Syntaxoncode voor Nederland (rVvN): r46Aa05
  • BWK-karteringscodes: va, vf

De wetenschappelijke naam Pruno-Fraxinetum is afgeleid van de botanische namen van twee belangrijke soorten binnen deze associatie, de gewone vogelkers (Prunus padus) en de gewone es (Fraxinus excelsior).

Fysiognomie

Het vogelkers-essenbos is een hoog opgaand loofbos met een duidelijke gelaagdheid. De boom- en struiklaag zijn goed ontwikkeld en soortenrijk, de kruidlaag kent net als bij het eiken-haagbeukenbos veel voorjaarsbloeiers. In de zomer gaan vooral ruigtekruiden die typerend zijn voor de klasse van nitrofiele zomen overheersen. Ook lianen zijn veelvuldig aanwezig.

Ecologie

Het vogelkers-essenbos komt vooral voor op vlakke delen van beekdalen met invloed van kwel- of beekwater. De bodem bestaat meestal uit lemig zand, soms uit keileem of potklei, en is meestal eutroof en basenrijk. Aanrijking en bodemverjonging gebeurt onder de invloed van kwelwater, of door de regelmatige overstromingen. In de zomer ligt de bodemwaterspiegel tot wel 1,5 m onder het maaiveld, waardoor er geen veenvorming optreedt. Het bodemwater is niet lang stagnerend, maar stromend meestal lateraal. Sedimentatie is beperkt.

Successie

Het vogelkers-essenbos ontwikkelt zich spontaan uit graslanden van het dotterbloem-verbond wanneer het beheer daarvan wegvalt. Het kan er mits terug opnemen van dat beheer naar terugkeren. Zo niet, dan zal het na verloop van tijd ontwikkelen naar een eiken-haagbeukenbos (Stellario-Carpinetum).

Verspreiding

Het verspreidingsgebied van het vogelkers-essenbos strekt zicht uit over de laaglanden en heuvellanden van West- en Centraal-Europa.

In Nederland is het vogelkers-essenbos onder de voedselrijke bossen het meest verspreid. Ze is opvallend aanwezig in de IJsselvallei, en verder in alle beekdalen in Zuid-, Midden- en Oost-Nederland. In West-Nederland wordt het aangetroffen aan de binnenduinrand en langs de grote rivieren.

In Vlaanderen komt het vogelkers-essenbos verspreid voor over gans het gebied, met uitzondering van de Belgische kust, De Polders en de Kempen. Het zwaartepunt ervan ligt in de Leemstreek (vooral in Oost-Vlaanderen en Vlaams Brabant) en in de alluviale valleien langs kleinere waterlopen.

Diagnostische taxa voor Nederland en Vlaanderen

Gewone es
Zomereik
Zwarte els
Hazelaar
Eenstijlige meidoorn
Wilde lijsterbes
Klimop
Bosanemoon
Bosandoorn
Gewone salomonszegel
Grote brandnetel
Geel nagelkruid
Hondsdraf

Het vogelkers-essenbos heeft in Vlaanderen en Nederland geen bruikbare kensoorten, het knikkend nagelkruid en de bosmuur zijn er te zeldzaam.

In de boomlaag zijn de belangrijkste soorten gewone es, zomereik en zwarte els. De struiklaag bevat meestal hazelaar, eenstijlige meidoorn, wilde lijsterbes, Gelderse roos en gewone vogelkers.

De ondergroei omvat de meeste kensoorten van de klasse, voornamelijk de klimop en de voorjaarsbloeiers bosanemoon, bosandoorn en gewone salomonszegel, en verder een aantal nitrofiele soorten als grote brandnetel, hondsdraf, kleefkruid en geel nagelkruid, wijzend op betrekkelijke voedselrijkdom in de bodem.

Naast klimop komen ook de hop (plant) en wilde kamperfoelie als lianen voor.

De moslaag is weinig ontwikkeld met gewoon sterrenmos als belangrijkste soort.

De associatie kan onderscheiden worden van het sterk verwante goudveil-essenbos door de aanwezigheid van onder andere gewone vogelkers, gewone vlier en wilde kamperfoelie in de struiklaag, en ruwe smele, gewone salomonszegel, gewone braam, grote muur, rietgras en dalkruid in de kruidlaag.

In de onderstaande tabel staan de belangrijkste diagnostische plantentaxa van het vogelkers-essenbos voor Nederland en Vlaanderen.

Boomlaag
Kentaxon Differentiërend taxon Presentie Triviale naam Botanische naam Opmerking
kV > 20% gewone esdoorn Acer pseudoplatanus
kK > 70% gewone es Fraxinus excelsior
kK > 20% zoete kers Prunus avium
> 60% zomereik Quercus robur
> 60% zwarte els Alnus glutinosa
> 20% beuk Fagus sylvatica
Struiklaag
Kentaxon Differentiërend taxon Presentie Triviale naam Botanische naam Opmerking
kV dA > 40% gewone vogelkers Prunus padus t.o.v. het goudveil-essenbos
kK > 30% aalbes Ribes rubrum
> 70% hazelaar Corylus avellana
> 50% eenstijlige meidoorn Crataegus monogyna
> 50% wilde lijsterbes Sorbus aucuparia
> 40% Gelderse roos Viburnum opulus
> 30% wilde kardinaalsmuts Euonymus europaeus
dA > 30% gewone vlier Sambucus nigra t.o.v. het goudveil-essenbos
> 30% rode kornoelje Cornus sanguinea
> 20% sleedoorn Prunus spinosa
Kruidlaag
Kentaxon Differentiërend taxon Presentie Triviale naam Botanische naam Opmerking
kA knikkend nagelkruid Geum rivale
kA bosmuur Stellaria nemorum
kV > 30% reuzenzwenkgras Festuca gigantea
kV > 30% dagkoekoeksbloem Silene dioica
kV > 10% bloedzuring Rumex sanguineus
kK > 70% klimop Hedera helix
kK > 60% bosanemoon Anemone nemorosa
kK > 50% bosandoorn Stachys sylvatica
kK dA > 50% gewone salomonszegel Polygonatum multiflorum t.o.v. het goudveil-essenbos
kK > 40% schaduwgras Poa nemoralis
kK > 30% knopig helmkruid Scropularia nodosa
kK > 30% groot heksenkruid Circaea lutetiana
kK > 30% gewoon speenkruid Ficaria verna
kK > 20% kruipend zenegroen Ajuga reptans
kK > 10% gevlekte aronskelk Arum maculatum
kK > 10% grote keverorchis Neottia ovata
kK > 10% gulden boterbloem Ranunculus auricomus
kK zwartblauwe rapunzel Phyteuma spicatum subsp. spicatum
> 70% grote brandnetel Urtica dioica
> 60% hondsdraf Glechoma hederacea
dA > 60% ruwe smele Deschampsia cespitosa t.o.v. het goudveil-essenbos
> 50% drienerfmuur Moehringia trinervia
dA > 50% wilde kamperfoelie Lonicera periclymenum t.o.v. het goudveil-essenbos
> 50% kleefkruid Galium aparine
> 50% geel nagelkruid Geum urbanum
> 40% zevenblad Aegopodium podagraria
dA > 40% gewone braam Rubus fruticosus t.o.v. goudveil-essenbos
> 40% robertskruid Geranium robertianum
> 40% gewone hennepnetel Galeopsis tetrahit
> 40% wijfjesvaren Athyrium filix-femina
> 40% moerasspirea Filipendula ulmaria
> 40% hop Humulus lupulus
dA > 30% grote muur Stellaria holostea t.o.v. goudveil-essenbos
dA rietgras Phalaris arundinacea t.o.v. het goudveil-essenbos
dA dalkruid Maianthemum bifolium t.o.v. het goudveil-essenbos
Moslaag
Kentaxon Differentiërend taxon Presentie Triviale naam Botanische naam Opmerking
kK > 10% gerimpeld boogsterrenmos Plagiomnium undulatum
kK > 10% geplooid snavelmos Eurhynchium striatum
> 30% gewoon sterrenmos Mnium hornum
> 30% fijn laddermos Kindbergia praelonga

Biologische Waarderingskaart

In de Biologische Waarderingskaart (BWK) van Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest staat deze associatie, samen met het verwante essen-iepenbos, bekend als alluviaal elzen-essenbos (va).

Het komt voor als volwaardige bossen in alluviale valleien op zware, matig vochtige to matig natte, lemige of zandlemige bodems en als lintvormig landschapselement langs bronbeken in de vorm van houtkanten. Deze bossen werden in het verleden dikwijls beheerd als hakhout, maar zijn tegenwoordig dikwijls ingeplant met canadapopulier.

Het alluviaal elzen-essenbos staat gewaardeerd als 'Biologisch zeer waardevol'.

Fotogalerij

Mediabestanden
Zie de categorie Pruno-Fraxinetum van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
Bronnen, noten en/of referenties
  • J.Schaminée, K.Sýkora, N.Smits & M.Horsthuis, 2010: Veldgids Plantengemeenschappen van Nederland. KNNV Uitgeverij, Zeist.
  • K.Sýkora, 2008: Field Guide Dutch Plant Communities. Species composition and ecology
  • Decleer, K. (red.), 2007: Europees beschermde natuur in Vlaanderen en het Belgisch deel van de Noordzee. Habitattypen, dier- en plantensoorten. Mededelingen van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek INBO.M.2007.01, Brussel, 584 p. ISBN 978-90-403-0267-1
  • Cornelis J., Hermy M., De Keersmaeker L. & Vandekerkhove K. (2007): Bosplantengemeenschappen in Vlaanderen. Een typologie van bossen op basis van de kruidachtige vegetatie. Rapport INBO.R.2007.1. Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek en K.U.Leuven, afdeling Bos, Natuur en Landschap in opdracht van de Vlaamse Overheid, agentschap voor Natuur en Bos, Brussel.
  • Leyman A. & Vandekerkhove K. (2004): Beleidsondersteunend onderzoek rond ‘zonevreemde’ bossen, bosuitbreiding & A-locaties. Inventaris van potentieel ecologisch waardevolle bossen in Vlaanderen – een GIS-analyse. IBW Bb R 2004.013. In opdracht van AMINAL, afdeling Bos & Groen. Instituut voor Bosbouw en Wildbeheer, Geraardsbergen.
  • Vriens L., Bosch H., De Knijf G., De Saeger S., Guelinckx R., Oosterlynck P., Van Hove M. & Paelinckx D. (2011). De Biologische Waarderingskaart. Biotopen en hun verspreiding in Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Mededelingen van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek. INBO.M.2011.1, Brussel. ISBN 9789040303142

· · Sjabloon bewerken
Indeling van de vegetatieklasse Querco-Fagetea (klasse van eiken- en beukenbossen op voedselrijke grond)

Orde: Fagetalia sylvaticae (orde van eiken- en beukenbossen op voedselrijke grond)

Verbond: Alno-Padion (verbond van els en gewone vogelkers)

Onderverbond: Ulmenion carpinifoliae
Associaties: Violo odoratae-Ulmetum (abelen-iepenbos) · Fraxino-Ulmetum (essen-iepenbos) · Crataego-Betuletum (meidoorn-berkenbos)

Onderverbond: Circaeo-Alnenion
Associaties: Carici remotae-Fraxinetum (goudveil-essenbos) · Pruno-Fraxinetum (vogelkers-essenbos)

Verbond: Carpinion betuli (haagbeuken-verbond)
Associaties: Stellario-Carpinetum (eiken-haagbeukenbos) · Endymio-Carpinetum (eiken-haagbeukenbos met wilde hyacint)

Verbond: Fagion sylvaticae (beuken-verbond)
Associatie: Endymio-Fagetum (eiken-beukenbos met wilde hyacint) · Melico-Fagetum (parelgras-beukenbos) · Milio-Fagetum (gierstgras-beukenbos)

· · Sjabloon bewerken
Indeling van de BWK-karteringseenheden (Biologische Waarderingskaart)
Strand en duinen:duinstruweel (sd(b))
Halfnatuurlijke graslanden:Struisgrasvegetatie (ha) · Dotterbloemgrasland (hc) · Kalkgrasland (hk) · Vochtig schraalgrasland (hm, hmm, hme) · Vochtig heischraal grasland (hmo) · Droog heischraal grasland (hn) · Mesofiel hooiland (hu)
Soortenrijke permanente graslanden:Vochtig grasland gedomineerd door russen (hj) · Soortenrijk permanent cultuurgrasland (hp*, hpr*) · Soortenrijk permanent cultuurgrasland met zilte elementen (hpr(*)+da, hp(*)+da, h+da)
Struweel:struweel op kalkrijke bodem (sk) · gagelstruweel (sm) · kapvlakte (se) · vochtig wilgenstruweel op venige of zure grond (so) · vochtig wilgenstruweel op voedselrijke bodem (sf)
Vallei- en moerasbossen:ruderaal olmenbos (ru, rud) · bronbos (vc) · alluviaal elzen-essenbos (va) · elzen-eikenbos (vf) · nitrofiel alluviaal elzenbos (vn) · elzenbroek (vm) · oligotroof elzenbroek met veenmossen (vo) · venig berkenbroek (vt)
Eiken- en beukenbossen:eiken-haagbeukenbos met wilde hyacint (qe) · eiken-haagbeukenbos (qa) · eiken-haagbeukenbos op mergel (qk) · eikenbos met witte veldbies (ql) · zuur eikenbos (qs) · eiken-berkenbos (qb) · beukenbos met wilde hyacint (fe) · beukenbos met voorjaarsflora zonder wilde hyacint (fa) · beukenbos met parelgras en lievevrouwebedstro (fm) · beukenbos op mergel (fk) · beukenbos met witte veldbies (fl) · zuur beukenbos (fs)